All language subtitles for Mafiosa.S03E03.Episode.3.3

We gaan.
- Weet je het zeker?

Het kan me niet schelen.

Vertaling:
inVision Ondertiteling NN1

De bouw gebeurt in twee fasen. Fase 1:
Eerste hotel en golfcomplex...

Fase 2: Tweede hotel en casino.

Dat klinkt allemaal uitstekend maar,
verder...

hoe wordt uw project ontvangen?
- Wat bedoelt u met ontvangen?

Door de ecologen, de politici en de
nationalisten? Een tweede casino...

zal niet iedereen waarderen.
- We willen nu geen casino bouwen.

Er komt eerst een luxe hotel en dan een
golfcomplex. Het casino komt pas later.

Wat is eigenlijk het probleem?
- Bij ons laatste project in Corsica...

deden de ecologen heel moeilijk.
We hebben toen tien miljoen verloren.

Dat heeft toch niets met ons te maken?
- Nee, maar wel met ons imago.

Ons bedrijf heeft in Corsica
partnerschappen ontwikkeld, vandaar.

Jullie mogen geen metingen doen.
Het gaat om een aanzienlijk bedrag.

Alles wat ik wil, is gerustgesteld worden.
Niet meer en niet minder.

Drie dynamietstaafjes, en iedereen geeft
het al op. Ik haat die Grimaldi's.

Alsof ik nu in m'n bed ga liggen.
- Heeft iemand het al opgeëist?

Dat duurt niet lang meer.
- Wat verandert dat dan voor jou?

Is het beter als het opgeëist wordt?
- Nee, integendeel.

Dat betekent tenminste
dat hij het alleen deed.

Laat de tekeningen niet in je kantoor
liggen. Verstop ze bij je moeder thuis.

Ik wil niet dat de politie ze vindt.

Hallo.

Alles goed?
- Kan ik iets te drinken krijgen?

Een biertje, als je wilt.

Mannen zijn altijd grappig voor het
neuken, maar daarna zo somber.

Wil je dat ik je aan het lachen maak?
- Laat maar zitten.

Ik had niet moeten komen.
- Je overvalt me. Ik had dit niet verwacht.

Waarom niet?
- Ik dacht dat je iets anders bedoelde.

Dat we een snelle wip zouden maken
en dat je me daarna weg zou sturen.

Zo ben ik helemaal niet.
- Ik snap het.

Ben je toch blij om me te zien?
- Natuurlijk ben ik blij.

Maar je weet dat ik hier ben
omdat iemand me gestuurd heeft.

Daar had je eerder aan moeten denken.
- Mannen denken niet eerst na.

Ik denk nu wel na.
- Dat zal wel. Weet je wat jij bent?

Een verleider en een hoer.

Je had ze samen moeten zien. Ze hebben
het heel leuk samen. Je vergist je...

Matteo is een schatje.
- Net als z'n vader.

Wat doe je hier?
- Ik was in de buurt.

Ik laat jullie even alleen. Wil je Lezia
nog een kusje geven?

Wil je voortaan bellen
als je langs wilt komen?

Wat is er?
- Ik vind het niet netjes van de Bellagio.

Moet ik nu alles voor mezelf houden?
- Ik begrijp niet waar je op duidt.

Ik vroeg je nog om je toestemming.
- Wacht even...

Wat is er?
- Hoe zit het met de Bellagio?

Wat is er aan de hand met de Bellagio?
Waar heb je het in godsnaam over?

De Bellagio is opgeblazen.
- En jij denkt dat ik erachter zit?

Ik gaf je toestemming voor de Bellagio.
- Wie is het?

Weet ik niet. Mij een zorg.
Je beschuldigt me onterecht.

Ik zou jou de Bellagio gegeven hebben
en hem daarna laten ontploffen. Onzin.

Het spijt me.

En als het iemand van jouw kant was?
- Dat is onmogelijk.

Was het niet een van jouw mannen?
- Echt niet.

Ze zijn niet allemaal je vriend.
- Dat is waar, maar toch.

Het is iemand die ons allebei
kwaad wil doen.

Veel mensen zien ons graag
ruziemaken.

Vergeet niet Lezia een kusje te geven.

Wat moeten we doen, volgens jou?
- Ze is toch jouw zus?

Denk je dat zij het heeft gedaan?
- Ja.

Ik ben daar niet zo zeker van.
- Wie zou het dan gedaan hebben?

Ze deden het om je op stang te jagen.
- Wie zou dat nu willen?

Iemand die ons graag dwarsboomt.
- Ons?

Het kan iemand zijn die ons niet mag,
maar die enigszins laf is.

Die mensen heb je veel. Bij je zus ook.
- Jean-Mi?

Dat vind ik leuk.
- Je ziet er goed uit. Het was dus nep.

Ik wilde gewoon vertroeteld worden.
- Wat ben ik blij jou weer te zien, jongen.

Kijk eens aan. Je liet ons erg schrikken.
- Blijkbaar.

Je bent er weer en daar gaat het om.

Dit is Mikael Giacomini.
Toussaint Scaglia is m'n achterneef.

Doumé.

Ik ga maar eens.
Tot later.

Is het een van je mannen?
- Hoezo? Ken je hem?

Hij heeft een wapen.
- Dat hebben ze tegenwoordig allemaal.

Wees voorzichtig.
Niet iedereen is even betrouwbaar.

Dat is nog eens een tip.
- Vind je dat grappig?

Als je zo moet lachen, dan is het gewoon
grappig. Haal eens een biertje voor me.

Ik vind jou wel grappig.
Ik moet om je lachen.

Zat je vroeger niet in het Battesti-kamp?
Ze noemden je 'Doumé de gestoorde'.

Dat klopt. Dat ben ik.
- Ga ook een biertje voor me halen.

Ik moet hem spreken.

Doumé is niet verkeerd. Dat wist ik al.
Ik wilde hem toen al in m'n kamp hebben.

Jij mag je nog altijd bij ons aansluiten.
- Dank je. Het is mooi geweest.

Er is zoveel gebeurd. Ik kom alleen terug
als jij en Sandra weer samen zijn.

Dat zal niet meer gebeuren.

Als ik het gewoon vraag, zeg je nee.
Als ik je sla, ga je me nog smeken ook.

Alsjeblieft, Jean-Michel.
- Ik wist dat je zou smeken.

Weet je wat? Ik wilde dat jij erachter zat.
Dan was het opgelost. Hoor je me?

Ik zat toen in Ajaccio.
- In Ajaccio? Hoe durf je te liegen?

Ik geef het toe. Ik was het.
- Jij was het? Klootzak. Waarom?

Voor het verzekeringsgeld.
- Waar kwam het dynamiet vandaan?

Ik had het thuis liggen.
Toe. Ik beloof dat ik je geld geef.

Verdomme.
Sta op.

Het was geen dynamiet, maar een
explosief. Hier. Om de dokter te betalen.

Ik ben nagegaan of het iemand van m'n
kamp is geweest. Het is een van jullie.

Waar is ze?
- Geen idee.

Sorry dat ik laat ben.

Wat is dit?
- M'n vader en ik hadden een code.

Vroeger,
als ik wilde gaan liegen...

legde ik een steen op z'n bureau. Dat
was m'n manier om sorry te zeggen.

Hij kon het woord 'sorry' niet verdragen.

Cadeautje. Zwitserse chocolaatjes.
De beste.

Dank je wel.
- Niets te danken.

Waarom dit cadeau?
- Ik deed goeie zaken in Marseille.

Aardig van je.
- Geweldig.

Het is ook een voorschot voor een klusje.
- Geen probleem.

Niemand mag erachter komen.
- Dat spreekt voor zich.

Hebben wij de Bellagio laten ontploffen?
- Wat zeg je?

Dat slaat helemaal nergens op.
Waarom zouden wij dat doen?

Degenen die dat gedaan hebben,
willen het ons in de schoenen schuiven.

Ik wil graag weten wie en waarom.
- Wat doen we als we erachter komen?

Dan laten jullie het me gewoon weten.

We houden je op de hoogte.
Bedankt nog.

Wat is er?
- Je hebt me bang gemaakt.

Ben je bang?
- Ja. Door jou ben ik nu bang.

Je bent veel te gevoelig.
- Tussen jou en mij ligt het ook gevoelig.

Nee. Dat is iets heel anders.

Als zij iets doet wat ons niet bevalt,
moeten we het op onze manier doen?

Wel als het niet anders kan.

Dus moeten we onze eigen weg gaan?

Totdat we tegen haar in gaan handelen.
- Dat kan.

Weet je wat? Jij bent degene
die gevoelig is. Weet je waarom?

Eerst werd je bang door Nico.
Nu ben je bang vanwege de Bellagio.

Ze geeft ons een doosje chocola
en wij trappen erin. Dat vind ik erg.

Waarom gaan we niet uit eten? Er is
een nieuw restaurant in Saint-Florent.

Zullen we het even proberen?
- Ik heb er niet zo'n zin in.

Zal ik een dvd huren?
- Waarom ook niet?

Waar heb je dan zin in?
- Dat maakt me niet uit.

Wat is er? Je bent niet echt jezelf.
- Waarom pap je aan met m'n vader?

Wat deed je in z'n huis vanmiddag?
Probeer je vrienden met hem te worden?

Hij doet heel normaal tegen me.
Waarom zou ik dat vervelend vinden?

Misschien wil hij me beter leren kennen?
Als nieuwe vriend van z'n dochter.

Dat is niet de bedoeling.

Ik wil niet met m'n vader omgaan
en ook nog eens met z'n maatje.

Als hij straks een nieuwe vriendin heeft,
eten we dan met z'n allen?

En ga jij morgen met hem zaken doen?

Dat meen je toch niet.

Waarom neem je niet op als ik je bel?
- Het is donderdag, dat weet je.

Klopt. Kleed je aan, we gaan weg.
- Wat is er dan aan de hand?

De kerel van de villa is er. Hij heeft
geld meegenomen voor de aannemer.

Wacht even. Ik kan vanavond niet.
- Wat zeg je? Ben je soms boos op me?

Ik heb net 500 dollar ingezet.
- Wij kunnen 250.000 de man verdienen.

En Sandra?
- Nee, die betrekken we hier niet bij.

Wacht even.
- Het is alleen voor jou en mij.

Weet je wat ze bij Capu Biancu bouwt?
- Een casino.

Heeft ze je soms de details verteld?
- Oké. Alleen jij en ik.

Wat is er toch met je?
- Ik heb last van m'n rug.

Ik kan niet zeggen dat het niet lekker
was, het smaakte totaal naar niets.

Gevangenispasta, dus.
- Kan ik me voorstellen.

Nee, zolang je het niet hebt geproefd,
kun je het je niet voorstellen.

Geef Sauveur ook maar pasta.
- Nee, ik heb al gegeten.

Geef hem een bord.

Waarom ging je bij Filipponi langs?
- Wat er gebeurd is, vond ik sneu.

Hij kwam eerst naar ons, vergeet dat niet.
Hij dacht dat we van gisteren waren.

Waarom heb je de actie van gisteren
nog niet opgeëist?

Als je het niet opeist, zal Sandra denken
dat de dader alleen heeft gehandeld.

Zeg tegen haar dat onze groep
verantwoordelijk is.

Heet dat toevallig niet 'opeisen
voor eigen belang', Pierre-Matthieu?

Hoe dan ook, je gaat het snel opeisen.
- Hoe vinden jullie m'n pastagerecht?

Is het nog niet klaar?
- Hoeft niet.

Geef hem een bord.
- En snel. Onze vriend heeft haast.

Onze kuststrook wordt van buitenaf
en van binnenuit bedreigd.

Corsica is geen wasmachine voor
zwart geld en is geen Liechtenstein.

Tegen wie zegt u eigenlijk 'drugs stinken'?
- Tegen wie zich aangesproken voelt.

Er is toch iets vreemds. Waarom
rijden nationalisten in Japanse SUV's?

Waarom geen Duitse SUV's?

Laat maar.
- Ik hoorde je op de radio.

Ik weet dat je het over m'n zus had.

Ik heb daar niets mee te maken.
- Dat weet ik wel, Jean-Michel.

Maar ik heb vrede met m'n zus gesloten.
- Wacht even.

We zullen haar niets aandoen.

Tenminste, ik niet.

Ik heb de operatie opgeëist
omdat dat moest.

Ze wil misschien weten
wie de tegenpartij is.

Een onderonsje met haar is verstandig.
- Verstandig voor wie?

Dit is het nummer
waarop ik bereikbaar ben.

Zou je haar dit willen geven?

En? Wat wilde hij weten?
- Of ik me verzoend heb met m'n zus.

Meer niet.

Ik had graag gezien dat hij alleen was,
maar helaas.

We moeten snel ingrijpen.
- Onmogelijk.

Wie aan Grimaldi komt, komt aan de hele
beweging. Die zal wraak willen nemen.

Dan zullen we machteloos staan.

Ik ben nog banger voor hem
wanneer hij dood is.

We moeten naar hem toe.

Weet je het al, van de Bellagio?
- Het is de kleine Mikael.

Hij kocht het explosief van iemand
uit Lupino.

Weet je dat zeker?
- Dat heb ik gehoord.

Wat doen we?
Moeten we iets regelen?

Laat mij het maar zelf oplossen.
- Hoe?

Laat mij het maar zelf oplossen.

Heb je die Luciani gezien? Als het zover
is, neem ik hem persoonlijk onder handen.

Die twee flikkers zou ik graag ombouwen.
- Mooi is het hier.

Kende je het al?
- Ja. Het is prachtig. Wat doen we?

M'n voorstel van laatst geldt nog steeds.
- Je wilt m'n grond kopen.

Je krijgt de noordelijke percelen.
Drie hectare, tegen marktprijs.

Drie hectare? Je maakt een grapje.
- Nee. Drie hectare, bouwrijp.

Denk goed na. Hiermee doe ik je een
gunst terwijl je nergens recht op hebt.

Een gunst omdat je me de keel uithangt.
Het is een overwinning voor je.

Ik zou je moeten zoenen. Wie denk je wel
dat ik ben? Een bedelaar?

Ik wil alle percelen kopen, begrepen?
- Dan is het jammer, want je krijgt niets.

Ik vind haar tieten te klein.
- Ze is prachtig en supersexy.

Sexy?
Ze lijkt op een skelet.

Voor jou zijn het allemaal skeletten.
- Sorry, Saudade. Ik neem het terug.

Dank je.

Ik ben zo terug.
- Waar ga je naartoe? Kom je nog terug?

Gaat het beter met je nek?
- Ja, prima.

Waarom?
- Je kijkt een beetje sip.

Als met jou alles goed is, ben ik blij.
- Anders moet je het maar zeggen.

Het zou stom zijn als onbelangrijke zaken
ons in de weg zouden staan.

Wat voor onbelangrijke zaken?
- De Bellagio, bijvoorbeeld.

Als jij erbij betrokken zou zijn,
zou ik het je niet kwalijk nemen.

Van iemand anders zou ik het niet pikken,
maar van jou wel. Daarentegen...

als je achter m'n rug om zou handelen,
zou ik dat heel erg vinden.

Dat maakt het er niet makkelijker op.
Maar ik kan me dat niet voorstellen.

Ik moet ervandoor.
- Wil je nog wat drinken?

Ik ga.
- Dag.

Probeer je haar te versieren?
- Alsof ik Saudade zou willen versieren.

Ze is erachter gekomen.
- Ze weet helemaal niets.

Ik weet zeker dat ze het weet.
- Ze twijfelt, maar ze weet niets.

Als jij het niet vertelt,
zal ze er niet meer over beginnen.

Hou het hoofd koel.
- Ik hou m'n mond potdicht.

Maar als jij het zegt, begrijpt ze
misschien dat we iets menselijks deden.

Voor Nico deden we niets. We moeten
de actie tegen de Bellagio wreken.

Wat zijn we toch een stelletje losers.

We weten niet eens wie erachter zit.
- Hou toch op, Mika. Weet jij het ook niet?

Nee.
- Z'n zus heeft het gedaan.

Een van hen moet dood.
- Jean-Michel regelt dat wel.

Waarom?
- Het is zijn club.

Jij zit ook in z'n team en wij ook.
We laten ons niet commanderen.

Als iemand me in de weg zit,
vraag ik hem niet naar z'n mening.

Jean-Michel pikt het niet
als we aan Sandra's team komen.

Laat alle Paoli's maar naar de hel lopen.
Het kan me geen moer schelen.

We moeten reageren. We zijn geen
losers en laten ons niet de les lezen.

Dat weet je zelf ook.

Kom je nog, Jean?
- Ik kom er zo aan.

Pascal. Pascal.

Pascal Santini is dood.

Ik heb tijd nodig om dit te verwerken.

We moeten hierop reageren.

Wat kwam je me vertellen?

Manu en ik hebben iets gedaan, maar
hadden geen tijd om je te waarschuwen.

Zullen we daar morgen over praten?

Dat kloteding werkt niet.

Dag, meneer Filipponi. Kunt u me even
helpen dit omhoog te halen?

Wilt u op het linkerknopje drukken?

Geweldig. Nog een beetje. Stop.

Dat is beter.
Eet smakelijk.

Waarom dient u geen klacht in?
We weten wie dit gedaan heeft.

Bent u soms bang?
- Nee. Ik wil gewoon geen klacht indienen.

Wat is hij eigenwijs.
- Hij raakt z'n positie kwijt.

Wij gaan zoeken en als we iets
vinden, is hij geen burgemeester meer.

Die grond hebben de Paoli's gekocht,
maar Grimaldi bemoeit zich ermee.

Dat is wat ons interesseert.

Heren.

We gaan. Het is tijd om 'm te overtuigen.
- Waarvan?

Hij moet een klacht indienen.

Lekker?
- Het kan beter.

Wat zeggen de dorpelingen?
- Niets.

Maar als je geen klacht indient,
zullen ze gaan roddelen.

Nou en? Ik wil weten wat voor straf
ik krijg. Ik heb hem in elkaar geslagen.

Ik betaal je zodat je me vertelt wat
voor straf ik hiervoor krijg. Begrepen?

Hoeveel maanden gevangenisstraf?
Een, drie, zes maanden? Hoeveel?

Een maand dus.
Ik bel je terug.

Begin bij die van Figari. Als ze komen,
zullen die van Fiumorbu ook komen.

Andersom weet ik niet of dat lukt.
- Bonafedi niet.

Dat is dan zijn probleem.
We hebben hem niet nodig.

Als die van Fiumorbu moeilijk doen,
ga je naar Leo toe. Hij zal je helpen.

Als Leo en die van Fiumorbu komen,
dan zal iedereen komen.

Als ik vrij ben, wil ik iedereen spreken.
- Wat doen we met Filipponi?

Niets.
Tenminste, niet nu.

Pierre-Matthieu Grimaldi?
Volgt u me maar.

Werk: Door de invloed van Jupiter
maakt u vruchtbare tijden mee.

Het geluk lacht u toe.
- M'n reet. Ik ben nog steeds werkeloos.

Ontvang je geen uitkering?
- Jawel, maar het stelt weinig voor.

Het is zo raar gelopen.
- Ja. Ik ben bang.

Wat is je sterrenbeeld?
- Laat maar. Ik geloof er toch niet in.

Is er iets?
- Mikael is heel close met m'n vader.

Waardeloos.
- Komt het door de Bellagio?

Hoezo?
- Gewoon. Ik dacht...

Wat heeft dat met de Bellagio te maken?
- Ik dacht dat het misschien... Laat maar.

Wat doe jij hier? De Bellagio is dicht,
dus nu wil ik weten waarom je hier bent.

Je werkt niet in de bouw,
dus vertel me eens wat je hier doet.

Ik beheer nu de Bellagio met je vader.

Het is toch tof. Ben je niet blij voor me?
Waarom vind je het zo vervelend?

Wat ben ik stom geweest.

Wat bedoel je daarmee?

Wat wil je?
- Sorry dat ik zo kinderachtig deed.

Vanaf nu zal ik me niet meer misdragen.
- Waarom?

Doe die deur toch open.
Zo voel ik me nog kleiner.

We moeten er geen punt achter zetten.
- Toch wel.

Je komt langs, we neuken en klaar.
- Jij wilt ook altijd gelijk hebben.

Je trekt altijd alles recht.
- Wat is er opeens veranderd?

Ik ben veranderd. Ik heb je dagen niet
gezien. Het zette me aan het denken.

Daar geloof ik niets van.
- Het is waar.

Ik geef niet meer om Moktar en de rest.
Ik weet nu eindelijk wat ik wil.

Wat weet je nu?
- Dat is niet belangrijk. Luister...

Als je me wilt zien, hoef je alleen maar
te fluiten. Dan kom ik. Sorry voor laatst.

Iedereen, vrienden en familie,
bedankt dat jullie hier zijn...

om m'n broer Pascal de laatste eer
te bewijzen. Dank jullie wel.

Dit is allemaal onze schuld.
- Natuurlijk niet.

Maak je geen zorgen.
Ik hou het hoofd koel.

Wilt u misschien een kopje koffie?
- Ja. Graag.

Wat is er?
- Wil je Sandra's bord warm houden?

Goed. Waar is ze?
- Ze komt zo. Heeft Jean gegeten?

Nee.
Hij heeft geen honger.

We gaan maatregelen treffen. Ik beloof
het je. Maar ik moet iets zeker weten.

Om geen fouten te maken.
Geef ons even de tijd.

Hoeveel tijd?

En?
- Niks.

Je broer misschien?
- Waarom zou hij?

Omdat hij denkt dat wij het waren.
- Dan heeft hij gelijk.

We zitten niet achter de Bellagio
en we hebben Pascal niet vermoord.

Was jij het niet?
- Nee.

Wat ik over de Bellagio denk? Als het
daar iemand is, is hij heel slim.

Als het iemand van ons is, daarentegen...

is het een simpele ziel die de zaken
alleen maar erger heeft gemaakt.

Al was het niet z'n bedoeling.

Wat moet ik daarop zeggen?
- Hou Jean in de gaten. Hou hem strak.

Ik zal m'n best doen.
- Doe het gewoon.

Hij mag niet op eigen houtje handelen.
- Oké.

Dat zal je pijn en die van je zus niet
verzachten, maar het helpt wel.

Nader heeft het niet gedaan.
- Jawel.

Er is gewoon iets misgegaan...
- Hij had met m'n neven afgesproken.

Hij was het niet.
- Ik doe pas zaken met jou als ik hem vind.

Ik zeg je toch
dat hij het niet gedaan heeft.

Jij en ik werken al vijftien jaar samen.
We vertrouwen elkaar.

Je doet zaken met de Arabieren
en de Corsicanen.

Hoe weet je dat?
- Je hebt toch met Coco gewerkt?

Ik liet je je gang gaan.

Waarom zou je hem beschermen?
- Ik beschouw hem als m'n broer.

Hij is op Corsica.